Afspraken over tarieven bij inzet van medewerkers binnen De6, een standaard detacheringsovereenkomst en samen de implementatie van de omgevingswet voorbereiden. Dat zijn drie van de zes besluiten die op 15 december zijn genomen door de zes colleges van De6-netwerksamenwerking.
Belangrijke volgende stap in de samenwerking
De netwerksamenwerking tussen de gemeenten Zundert, Halderberge, Etten-Leur, Roosendaal, Rucphen en Moerdijk (De6) heeft hiermee een volgende stap gezet. De verschillende regionale werkgroepen zijn volop aan de slag met de kansen uit de verkenningen. In november is gekeken welke besluiten nodig waren om verder te kunnen. De colleges hebben het voorstel voor deze besluiten besproken in de collegeconferentie op 8 november 2015.
De omgevingswet is een stevige opgave waarbij De6-gemeenten elkaar kunnen versterken.
De implementatie van de omgevingswet verlangt van gemeenten dat zij aan de slag gaan met de gevolgen ervan op bestuur en medewerkers, zodat zij in staat zijn volgens ‘de bedoeling’ van de wet te werken. De gemeentelijke organisatie, bestuurders en gemeenteraden moeten leren omgaan met nieuwe rollen en werkwijzen, het netwerk en de ketens kennen en benutten, op een andere manier omgaan met inwoners en ondernemers en leren werken met nieuwe werkwijzen en informatiesystemen. Dit is een stevige opgave waarbij de De6-gemeenten elkaar kunnen versterken tijdens de voorbereidingen voor de implementatie van de omgevingswet. Daarnaast ontstaan er ook in de daadwerkelijke uitvoering waarschijnlijk kansen om elkaar te versterken.
Harmonisatie arbeidsvoorwaarden in 2016
Twee andere besluiten gaan over de harmonisatie van de arbeidsvoorwaarden van De6. Het besluit over de tarieven en de detacheringsovereenkomst maken inzet van medewerkers bij andere gemeenten natuurlijk al een stukje gemakkelijker, maar de werkgroep HRM ziet ook dat het nog beter kan. Als de secundaire arbeidsvoorwaarden op elkaar zijn afgestemd, maakt dat uitwisseling van medewerkers nog gemakkelijker. Maar het harmoniseren is nog best ingewikkeld. Er zijn verschillen tussen de gemeenten die je niet zomaar kunt veranderen. Daarom besluiten de colleges nu om in 2016 te kijken wat er mogelijk is.
Speciaal hiervoor wordt een BGO (Bijzonder Georganiseerd Overleg) opgericht. Zo kan er goed geschakeld worden. Burgemeester van Rijnbach-de Groot wordt voorzitter van het BGO. Ook dat is nu besloten. Voor de duidelijkheid: nu verandert er nog niets aan de lokale secundaire arbeidsvoorwaarden. Maar de colleges hopen dat we vanaf 2017 wel met dezelfde arbeidsvoorwaarden kunnen werken.
Verder aan de slag met kansen
Na de verkenningen die medio 2015 waren afgerond, zijn regisseurs aan de slag gegaan met de kansen die benoemd waren. De regisseurs werken met een trio (ambtelijke regisseur, een bestuurder uit De6 en een gemeentesecretaris of directeur uit De6) en een regionale werkgroep waar de vakinhoudelijke collega’s in zitten.
Binnen de verschillende taakvelden is men enthousiast aan de slag gegaan. Er is onderling kennisgemaakt, er zijn werkgroepen gevormd, er worden voorstellen voorbereid, er zijn gesprekken tussen secretarissen, met bestuurders, et cetera. Het loopt in grote lijnen zoals het zou moeten lopen bij een pragmatische en lichte manier van samenwerken. In 2015 is er al serieuze voortgang geboekt en ook voor 2016 liggen er ideeën op de plank. De colleges hebben hier kennis van genomen en geven hiermee aan dat de regisseurs door kunnen gaan met hun activiteiten.
